U bent hier

Kortdurende Oplossingsgerichte Therapie

Visie

De Solution-Focussed Therapy is ontwikkeld door Insoo Kim Berg en Steve de Shazer en hun collega‟s van het Brief Family Therapy Center in Milwakee. Zij sluiten nauw aan bij de empowerment beweging in het maatschappelijk werk in Amerika. Veel maatschappelijk werkers (o.a. Insoo Kim Berg) hebben een belangrijke bijdrage aan de ontwikkeling van de methodiek geleverd. Dat maakt hun interventies zeer geschikt voor het maatschappelijk werk.
De Kortdurende Oplossingsgerichte Therapie (K.O.T.) is een van de best uitgewerkte methodische vertalingen van de empowerment-gedachte.  De K.O.T. is in zijn praktische uitwerking een methodisch manier van specifieke vragen stellen, waarmee de hulpverlener de eigen krachten van de cliënt bloot kan leggen en de motivatie tot veranderingen kan oproepen. De methodiek impliceert een zeer respectvolle houding naar de cliënten, hun wensen en mogelijkheden. Zij sluit goed aan bij de cliënt door binnen zijn referentiekader te blijven. In deze methodiek krijgen cliënten bovendien de “macht” om de doelstellingen van de hulpverlening en de middelen hoe die te bereiken zelf te bepalen.

Werkwijze

In de meeste hulpverleningen stelt de hulpverlener (in overleg met de cliënt) de diagnose, hulpverleningsdoelen , hulpverleningsplannen en interventies vast; hij is de expert. Daarvoor is een uitgebreide analyse van de problemen en de oorzaken ervan nodig. In de KOT wordt de cliënt de expert over zijn situatie. De hele aanpak is daarop gericht: de hulpverlener helpt de cliënt met gerichte vragen zijn eigen krachten, expertise en krachtbronnen te gaan ontdekken, te waarderen en te gebruiken. De cliënt wordt gezien als competent; hij is degene die weet welke hulpverleningsdoelen relevant voor hem zijn, welke vaardigheden, krachten en hulpbronnen hij heeft en wat voor hem oplossingen zijn die zullen werken. De expertise van de hulpverlener is om de aanwezige competenties aandacht te geven, uit te bouwen en in te zetten in een door de cliënt gewenste richting. Een analyse van problemen en oorzaken wordt als irrelevant gezien. De problemen en gevoelens van onmacht, frustratie en verdriet verdwijnen naar de achtergrond. Zij worden minder belangrijk en minder aantrekkelijk nu de cliënt ziet wat hij goed doet en hoe hij dat kan uitbreiden. De cliënt wordt van klachtgericht, krachtgericht.
Technieken die o.a. worden gebruikt zijn de schaalvraag en de wondervraag.

Scholing op het gebied van de K.O.T. wordt o.a. verzorgd door het Nascholingscentrum Maatschappelijk Werk.
Literatuur gericht op toepassing in groepen: 'Oplossingsgerichte groepstherapie; werken met groepen in privé-praktijken, scholen, bedrijven en behandelprogramma’s' van Linda Metcalf (2007).

In de GMW-Nieuwsbrief van mei/juni 2011 hebben we een oproep gedaan hoe collegae in het land de KOT (of elementen daaruit) gebruiken in het werken met groepen. Hieronder de reacties die we tot dusver ontvangen hebben: 

Wij werken binnen het AMW van de STMR met de KOT sinds een aantal jaar en gebruiken dit sindsdien ook steeds meer bij de groepen. O.a. door aan het begin van de groep bij het vaststellen van ieders leerdoelen de schaalvraag te betrekken. Dit doen we in de tussenevaluatie en bij de eindevaluatie ook. Dit geeft een mooi beeld van de ambitie van mensen bij aanvang (bijv. iemand zit op een 4 en wil aan het eind van de cursus op een 9 zitten), maar ook wat er bereikt wordt.
Bij verschillende cursussen vragen we aan het eind van de bijeenkomst in een eindrondje wat de volgende 'kleine' stap is die iemand gaat zetten tot de volgende bijeenkomst. Dit is een soort voornemen wat iemand doet voor de komende tijd. Daarnaast krijgen ze vaak uiteraard ook opdrachten mee, maar een eigen voornemen sluit heel mooi aan bij waar iemand zit.
Dit zijn hele specifieke punten die we uit de KOT hebben toegevoegd, daarnaast zit het in allerlei onderdelen door de manier van reageren, door meer aandacht te besteden aan uitzonderingen, etc.
Ik voeg ter info het
formulier wat we voor de leerdoelen gebruiken in de cursus Uitkomen met Inkomen.

Hester van Bockel, Coördinator groepswerk AMW
STMR  Bedrijfsmaatschappelijk werk Rivierenland

Een collega en ik hebben de KOT gebruik tijdens de SOVA training door het intervisie model toe te passen van Sjef de Vries.
Op die manier leren mensen in een tweetal bijeenkomsten, complimenten geven en ontvangen, luisteren, gevraagd tips geven, bedenken wat ze zelf al gedaan hebben en een leerdoel bepalen voor zichzelf.
Het is wel een intensieve manier om te doen maar naar evaluatie kregen we wel terug dat ze er veel van opgestoken hadden.Marc Niels, Maatschappelijk werker 
Ijsselkring 
Wij werken al jaren bij de start van de assertiviteitsgroepen met de schaalbalk. Zie bijlage
Rita de Jager, (bedrijfs)maatschappelijk werker
KWADRAAD    www.kwadraad.nl
 
Wij zijn begonnen met het oplossingsgericht maken van de SOVA (Sociale Vaardigheden) training voor volwassenen. Dat betekent dat de groep doorlopend is geworden. Dat wil zeggen dat de groep het hele jaar door gegeven wordt zonder onderbreking  (behoudens de vakanties en feestdagen) en dat we iedere 5 keer nieuwe instroom hebben.De groepen zijn vraag gericht geworden in plaats van aanbod gericht. We draaien groepen van ongeveer 10-12 mensen. Iedere 5de keer komen er nieuwe deelnemers bij en nemen er mensen afscheid. Iedere deelnemer doet 10 keer mee. Iedere deelnemer vult in de 1ste bijeenkomst de schaal vraag in rond zijn/haar doel van de training.  Na 5 keer evalueren we de schaalvraag en kunnen mensen nieuwe doelen opstellen of aanvullen of doorgaan met het zelfde doel. Ervaren groepsgenoten helpen nieuwen bij het invullen van de schaalvraag. Deze uitgewerkte schaalvraag wordt iedere bijeenkomst opgehangen en dient als leidraad. Iedere bijeenkomst begint met een rondje, wat ging er beter van de week. Iedereen krijgt dan feedback op de oplossingsgerichte manier zoals: wat zagen anderen dat er beter ging, hoe heb je dat voor elkaar gekregen etc. Na het rondje gaat de groep aan het werk over het onderwerp wat in gezamenlijkheid de vorige keer is besloten. Dus iedere bijeenkomst sluit af met een rondje: Hoe was deze bijeenkomst voor jou, wat neem je mee en wat ga je de komende week oefenen, anders doen, proberen etc. Waar wil je het de volgende keer over hebben en wat wil je oefenen. Zo bepalen de deelnemers samen het onderwerp van de volgende keer. De ervaring leert mij intussen dat het vaak de zelfde soort onderwerpen zijn waar veel deelnmeers zichzelf in herkennen. Wij groepwerkers verzinnen hierbij wat oefeningen en soms ook leesmateriaal. We oefenen in kleine groepjes, rollenspellen, en soms uitleg van ons over theorie. De eindevaluatie bestaat voor de deelnemrs uit een korte presentatie wat ze hebben geleerd, of er nog tips zijn voor de andere deelnemers en wat ze gaan doen als het weer slechter met hen gaat. 
Cootje Krechting
NIM Maatschappelijk Werk 
 

 

Komt hier úw bijdrage te staan ? Mail ons dan: maatschw@groepsmaatschappelijkwerk.nl