U bent hier

Kenmerken van het groepsmaatschappelijk werk

Herkenning - erkenning - doorbreken van isolement

  • Ontmoetingen met lotgenoten sluit aan bij de behoefte van een hulpvrager aan erkenning en herkenning.  
  • Een ander horen verwoorden wat jezelf ook voelt en denkt helpt eigen gevoelens en gedachten te ontdekken, onder ogen te zien en te accepteren.
  • Met deelname aan een groep doorbreekt een cliënt per definitie al zijn/haar isolement.
  • De cliënt leert de problematiek in een bredere context te plaatsen. Met name van belang wanneer de hulpvrager de problematiek als zeer individueel beleeft of de problematiek een sterk isolerende werking heeft uitgeoefend. Mensen ervaren in een groep dat ze niet de enige zijn met deze problematiek. Dit werkt ontindividualiserend. Het verband zien tussen de situatie en de individueel beleefde gevoelens werkt opluchtend, ontschuldigend en bemoedigend. Evenals te leren dat gevoelens van wrok, boosheid, twijfel aan zichzelf, machteloosheid etc. bij een proces horen en bij iedereen in die situatie voorkomt.
  • Een bijkomende effect van deelname kan zijn dat iemand zijn/haar sociale netwerk wordt uitgebreid.
  • Een problematiek als identiteitsproblematiek verwijst naar een sociale omgeving, bevat dus tegelijk een sterke sociale component. Juist hierin ligt een belangrijke reden voor groepswerk boven een individuele benadering. 

Leren van anderen

  • Ontdekken dat anderen met eenzelfde probleem anders omgaan kan een grote opluchting geven, relativerend werken en/of een aanmoediging zijn om het eigen probleem anders aan te gaan pakken.
  • Groepen kunnen een zekere mate van anonimiteit hebben, die cliënten kunnen prefereren boven een direct contact met een hulpverlener, bij wie ze in de rol van cliënt komen. Een directe persoonlijke benadering kan voor sommige hulpvragers te bedreigend zijn.. Kijken naar anderen kan zelfinzicht geven zonder dat ze zich daarvoor direct bloot hoeven te geven. 
  • Een groep biedt de gelegenheid leerervaringen op te doen in contacten met anderen, door middel van identificatie, imitatie, feedback, informatie, interactie, experimenteren en zelfinzicht vergroten. Dergelijke leerervaringen kunnen niet of te weinig in een individuele of gezinsgerichte benadering tot stand worden gebracht.
    In een groep kunnen hulpvragers meerdere visies, opvattingen, andere reacties op problemen, adviezen, oplossingen enzovoort op het spoor komen. Verbreding van het referentiekader van de hulpvrager wordt door deelname aan een groep tot stand gebracht en dit kan een meerwaarde hebben boven individueel werken.

Leren van vaardigheden

  • Een groep geeft de mogelijkheid te oefenen met ander/nieuw gedrag. Sommige dingen kun je alleen met een groep leren/oefenen zoals bv. sociale vaardigheden.
  • De cliënt gunnen om in een (relatief veilige) groep te kunnen experimenteren.
  • Interacties in een groep vormen meerwaarde in de hulpverlening.
  • Onverwerkte problemen en conflicten kunnen gezien als wisselwerkingsprocessen tussen personen en niet als processen binnen een geïsoleerd individu. Omdat groepen zo'n grote rijkdom aan interacties en relaties bieden, zijn groepen de juiste plaats voor het doorwerken van problemen die te maken hebben met storingen in interpersoonlijke relaties.

Emanciperend + maatschappelijke bewustwording

  • Typerend voor het maatschappelijk werk is het werken aan problematiek en aan doelstellingen waarin sprake is van óók een sociale en een maatschappelijke component. Oog voor de verwevenheid van individuele en maatschappelijke problematiek is typerend voor het maatschappelijk werk en kan juist  vruchtbaar aan bod komen in groepswerk als methodiek. Veel individuele problematiek is óók sociale problematiek. En juist sociale problematiek is in groepswerk beter `bewerkbaar' dan in individuele cliëntcontacten.
  • In een groep kunnen vragen behandeld worden die specifiek zijn voor een bepaalde maatschappelijke klasse, bijvoorbeeld groepen rond de positie van bewoners in een achterstandswijk of groepen vrouwen in de bijstand.
  • Wanneer sprake is van gedeelde belangen bij de hulpvragers kan solidarisering, collectivisering en bundeling van hulpvragen de potentiële kracht van de deelnemers vergroten.

Andere verhouding hulpverlener – cliënt

  • In een groep krijgt de hulpvrager minder mogelijkheden zich afhankelijk op te stellen ten opzichte van de professionele hulpverlening; in een groep is de afhankelijkheid van de hulpverleners immers veel meer gespreid.  
  • Voor de hulpvrager is deelname aan een groep heilzaam omdat hij/zij niet (opnieuw) in een cliënt/patiëntrol geplaatst wordt of blijft. Een meer gelijkwaardige positie wordt gecreëerd waarbij de hulpvrager op meer aangesproken wordt dan zijn client-zijn. In het contact met lotgenoten wisselen deelnemers regelmatig van rol: dan weer lotgenoot, dan weer 'hulpverlener'. Bij een individuele begeleiding ontvang je alleen maar, kun je niets geven. En juist dat geven kan helend werken. De eigen negatieve ervaring kan daarmee omgezet worden in iets positiefs: je helpt er een lotgenoot mee. In een groep ervaart iemand hierdoor dat hij meer is dan zijn probleem. In een groep wordt iemand namelijk niet alleen op zijn probleem aangesproken, maar ook op andere fronten waarin hij/zij wél functioneert zoals troost kunnen geven, zijn hulpmogelijkheden, zijn steun aan de ander, tips geven aan medegroepsleden, bijdrage leveren aan de organisatie en het verloop van de groep etc.
  • Groepswerk is emanciperend: mensen leren, ook elkaar, hoe het leven in eigen hand te nemen en hoe aan verandering te werken. Groepsleden kunnen tips geven aan elkaar, van elkaar en aan elkaar leren. De afhankelijkheidsrelatie is veel minder groot t.o.v. elkaar dan in een spreekkamertje met een hulpverlener.

Preventief

  • Een groep die als themagroep of cursus wordt aangeboden kan preventief werken.. Zoals opvoeding van kinderen, maken van vrienden, leren omgaan met onzekerheid en omgaan met een nieuwe financieringsregeling.